Carlos dos Ramos - his life and death                               back to Carlos dos Ramos page        back to Dos Ramos Family Tree

Het sterven van Carlos Lodewijk dos Ramos

Geboren op 30 april 1935; Overleden op 12 augustus 2000

Voor hen die de plotselinge dood en crematie van mijn oudste broer Carlos niet van nabij hebben meegemaakt heb ik besloten dit stuk te schrijven. Dit doe ik aan de hand van mijn eigen ervaringen en waarneming, en de vele informaties, die ik van zijn vrouw Alice en zijn kinderen en zelfs ook van zijn kleinkinderen heb gekregen.

Voor mij begon het één week voordat ik van Carlos een e-mail ontving, waarin hij schreef dat hij op 1 augustus 2000 een oogoperatie zou ondergaan wegens staar (catherac).

In de week voordat ik dit bericht ontving had ik een vreemde droom, achteraf denk ik dat het een voorspellende droom was. Ik had al eerder van dit soort dromen gehoord, maar zelf had ik dit nooit ervaren en  had ik er zo mijn twijfels over.

In deze droom was ik ergens op een open plek waar er veel mensen waren, maar ik meen dat het hoofdzakelijk vrouwen waren.  Plotseling torende  heel groot boven deze mensen uit een jonge man die ik niet ken, maar voor mij had hij toch iets bekends.  Ik vroeg me af wie dat was, toen hij mij glimlachend aan keek en zei : "Het gaat niet goed in Suriname". Vervolgens vroeg  ik me af wat hij bedoelde, toen hij het nogmaals herhaalde en verdween.

De volgende morgen vertelde ik Dirk over deze vreemde droom. We wisten allebei wel dat er een heleboel niet goed gaat in Suriname ,maar wat werd hier bedoeld ?. Zo liep ik er steeds aan te denken. De volgende dag kwam er een e-mail van een collega van Dirk die over een heleboel dingen klaagde die niet goed gingen. Ik gooide het toen maar daarop. Echter weer een aantal dagen later kwam er een e-mail van Carlos, waarin hij vertelde dat hij op 31 juli opgenomen zou worden in het Academisch Ziekenhuis, om op  1 aug. geopereerd te worden aan zijn oog. Er zou een kunstlens worden ingebracht. Ik begon me zorgen te maken want ik had zo mijn twijfels over oogoperaties in Suriname.

Ik belde hem dus op om  meer informaties over deze operaties. Ik wou weten of het een kundige chirurg was en of  deze operaties daar vaker plaats vinden. Hij wist me gerust te stellen door te vertellen dat dit soort operaties bijna dagelijks plaats vindt en dat het een goede oog chirurg was. Toch bleef het aan mij knagen en bleef ik me zorgen maken.

Na de operatie stuurde zijn dochter Gladys mij bijna dagelijks mailtjes, waarin zij de toestand van haar vader beschreef.  Het leek eerst ook goed te gaan, en toen hij van de dokter hoorde dat hij naar huis mocht, heeft hij onmiddelijk naar Alice gebeld en gevraagd of ze hem wilden ophalen. Hij had een hekel aan ziekenhuizen en wou er geen minuut langer dan nodig was blijven.

Hij lag op de vierde verdieping van het A.Z. dus zou hij vier trappen moeten aflopen om beneden te komen. Hij deed dit liever  dan de lift te pakken aangezien hij deze niet vertrouwde .Hij bleef niet wachten totdat Alice kwam, maar ging op eigen kracht al die trappen af, en was beneden nog voordat  de familie er was om hem op te halen.

In één van de mails, schreef Gladys dat  haar vader last had van de narcose en zich niet zo goed voelde. Ik heb toen per e-mail laten weten dat ik hem zou bellen als hij zich wat beter voelde, dus toen hij één week thuis was belde ik, maar schrok wel van zijn  manier van praten. Een vlotte prater als hij was, had hij nu problemen met het zoeken naar woorden. Bij ieder woord, moest hij nadenken, voordat het volgend woord er uit kwam. Op het eind van het gesprek ging het hem beter af en voordat hij afbelde vroeg hij  nadrukkelijk nog: "hoe gaat het met de kinderen", waarop ik zei dat alles goed was. Hij zei toen nog : "doe ze maar de groeten en doe Dirk ook de groeten".  Dit was het einde van het gesprek en ook het laatste dat ik hem heb horen zeggen. Toen hij op het eind van het gesprek wat vlotter ging praten en mij zelfs vertelde van de spoken die hij bij thuiskomst in zijn huis aantrof, had ik weer hoop. Hij vertelde me dat het een heleboel waren en dat ze aan het feestvieren waren. Ik vroeg hem of hij ze kende maar neen, hij wist niet wie ze waren. Hij herinnerde zich dat er twee hele oude kerels bij waren en in zijn slaapkamer waren er twee kleine meisjes, maar ook deze kende hij niet. Hij wilde toen het licht aandoen om te zien wie ze waren, hij moest zelfs over ze heen reiken om bij de schakelaar te komen. Echter toen het licht aanging, waren ook zij verdwenen.

Ik zei toen nog tegen hem, "vergeet die spoken maar en zorg dat je weer gauw beter wordt".

Ik heb hem hierna nog een mail gestuurd om hem op te beuren en volgens Gladys wilde hij  niet dat zij het hem voorlas, neen  hij wilde die zelf lezen. Hij beloofde mij zelf terug te zullen schrijven. Helaas die belofte heeft hij niet kunnen vervullen.

Op Zaterdagmorgen 12 augustus was ik van plan weer een e-mail te versturen, maar nog voordat ik er aan toekwam, ging de telefoon die door Dirk werd opgenomen. Ik zag zijn gezicht algauw betrekken en wist dat er iets ergs gebeurd was. Ricardo (de tweede zoon van Carlos) bracht ons het onheilspellende bericht van het overlijden van zijn vader.

Dit was een enorme schok, want ik had  ondanks de bewuste droom waar ik het in het begin al over had  toch de verwachting dat we hem nog terug zouden zien als we in September weer voor een aantal weken naar Suriname  zullen komen.

De emoties kwamen nu goed los  en ik zei gelijk dat ik naar de begrafenis wilde, dus al gauw zaten we in de auto naar de airport om te kijken wanneer we naar Suriname konden. De eerste gelegenheid was op Dinsdag 15 aug. Bij thuiskomst belde Dirk terug naar Suriname en kreeg Alice aan de lijn, die wat meer informatie gaf over het sterven van Carlos. Ik was de hele morgen tot niets in staat en kon mijn emoties niet bedwingen.

‘s Middags ben ik achter de naaimachine gaan zitten en kwam zo tot rust. 

Op Dinsdag morgen moesten we met de eerste vlucht om7.30uur naar Curaçao, alhoewel we pas om 18 uur zouden vertrekken. De vliegtuigen waren vanwege de school vakantie allemaal vol en alleen in de eerste vlucht naar Curaçao was er nog plaats. We hebben dus de hele dag op het vliegveld van Curaçao doorgebracht met lezen , puzzelen en om de beurt rondjes lopen. Uiteindelijk vertrokken we met nog  ruim 1 uur vertraging naar Paramaribo.

Op de airport stonden Carlos (oudste zoon van mijn broer Carlos en John de jongste zoon) ons op te wachten In de lange rit naar Paramaribo hebben ze ons een heleboel verteld. Uit hun verhalen maakte ik op dat mijn broer door de vele complicaties, die na de operatie zijn opgetreden niet veel kans had om te blijven leven.

Hij is al jaren lang met de dood bezig geweest, maar ik heb het nooit serieus genomen en  steeds geprobeerd het uit zijn hoofd te praten . Stopwoordje van hem was vaak "als ik er dan nog ben".

Volgens de berichten was de oog operatie goed gelukt en hij kon direct na de operatie ook goed lopen, maar een aantal dagen later werd hij labiel en had steun nodig bij het lopen en het praten ging hem moeilijk af, hij vergat ook veel. Ik veronderstel dat dit het gevolg was van misschien een lichte hersenbloeding of vaatvernauwing.

Op zaterdag kwam de fatale klap toen hij viel en met zijn hoofd tegen het deurkozijn aankwam. Hij zat op zijn luie stoel toen hij zich ineens niet goed voelde en probeerde uit eigen kracht naar zijn bed te komen. Het is heel goed mogelijk dat hij op dat moment een hersenbloeding had, maar zeker weten we het niet. Na de val is hij deels buiten bewustzijn geraakt, maar kwam weer even bij toen hij het woord ambulance hoorde. Hij verzette zich voor zover hij dat kon en probeerde iets te zeggen wat onverstaanbaar was. Ondanks zijn protest werd besloten om hem toch naar het Academisch Ziekenhuis te vervoeren, want zijn familie wilde hem graag in leven houden en al het mogelijke doen om hem te redden. Daar aangekomen werden vele pogingen gedaan om hem in leven te houden. Er werd geprobeerd met hart massage en electrische schokken, echter het mocht allemaal niet baten…………… ...….

CARLOS LODEWIJK DOS RAMOS was er plotseling niet meer, althans zijn geest.

Op woensdag 16 augustus 2000 zou zijn lichaam, het omhulsel van zijn geest , geheel naar zijn wens gecremeerd worden.

‘s Morgens om 10 uur mocht de naaste familie afscheid van hem nemen in het Mortuarium van het Academisch Ziekenhuis. Alice en de kinderen met hun gezinnen en ook vier zusters van Alice en Dirk en ik waren aanwezig. Na  een poosje werden we binnen geroepen en werd het lijk van Carlos, gehuld in een groen laken,  binnen gereden.

Degene die hem binnen bracht haalde toen het laken van zijn gezicht af; dit veroorzaakte een luid gehuil en gejammer van de aanwezigen. Nadat iedereen een beetje rustig was, werd ons gevraagd of dit de persoon was waarvoor we daar waren. Nadat de meesten dit beaamt hadden, zei ik er nog bovenop, "ja ,dat was mijn broer"

Nu werd ons gedemonstreerd hoe we afscheid van hem konden nemen . De man had een kalebas bij zich met een bodempje water, waarin we eerst onze handen moesten nat maken en vervolgens , staande achter zijn hoofd onze beide handen tegen zijn wangen aan moesten zetten. Hierna moesten we weer onze handen in het zelfde bodempje water wassen.

Aan het einde van deze ceremonie ging ds Mingoen, zoon van een zuster van Alice, ons voor in gebed.

Alice had de kleren die haar overleden man aangedaan zouden worden meegenomen, alsook een drietal flessen sterke drank voor de lijkbewassers, dit schijnt zo de gewoonte te zijn.

Hij werd weer weg gereden om aangekleed te worden en wij gingen weer huiswaarts.

Van neef Armando hoorde ik dat alle bloed uit de lijken wordt gezogen om daarna weer met formaline te worden ingespoten. Dit was nieuw voor mij, maar wel het vermelden waard.

‘s Middags om 1 uur kwam de lijkauto van het merk Mercedes Benz aangereden met het lijk van Carlos Lodewijk dos Ramos.

Van zijn zonen heb ik begrepen dat hij nog een wens had ;  als laatste auto zou hij een Mercedes Benz willen hebben. Bij leven is dit niet gelukt maar nu lukte het alsnog.

Hij is hier opgebaard geweest tot 3 uur, zo kon zijn lichaam na zijn dood toch nog even thuis zijn. Toen hij daar lag , heeft Sylvana (oudste kleindochter van Carlos ) een bandje   afgedraaid met sfeervolle muziek van Jimmy Reeves, deze zong o.a. liedjes als "There is no Tomorrow". Jimmy Reeves was de favoriete zanger van mijn broer en hij had vele platen van hem.  Nadat de muziek wegviel, stond een zekere mevr. Reiziger-Liesdek op en begon spontaan allerlei toepasselijke liederen met ons te zingen, die zij uit het hoofd kende .

Toen de lijkwagen terugkwam is Ds. Mingoen ons nog eens voorgegaan in gebed en hebben we samen nog één lied gezongen.

Wij danken Ds Mingoen voor de wijze warop hij ons heeft bijgestaan en ons is voorgegaan in gebed zowel in het mortuarium als thuis.

Bij het wegrijden naar het crematorium, ging het allemaal een beetje moeilijk in de smalle Sonjastraat, want er moest in een bepaalde volgorde worden gereden.

Dat hij gecremeerd werd was geheel overeenkomstig zijn wens, daarover heeft hij ook weleens met mij gesproken. Zijn beweegreden was, dat hij Alice wilde besparen om een grafsteen voor hem te laten maken en het ook nog te onderhouden, bovendien was het kerkhof vol en in de regentijd kun je haast niet bij de graven komen.

Bij het crematorium hadden zich een heleboel mensen verzameld. Het waren allemaal  familieleden en vrienden en mensen met wie hij vroeger in zijn loopbaan te maken heeft gehad.. Verder natuurlijk ook vrienden van zijn kinderen, waaronder veel schakers, want schaken was een grote hobby van mijn broer Carlos en zijn zonen.

Voor de dienst moesten de drie zonen van Carlos Lodewijk een proces verbaal van de politie tekenen, waarin ze verklaarden dat het lijk van de man in de kist hun vader was. Dit wordt altijd gedaan bij crematies omdat er daarna niets meer overblijft van het lichaam. Bij een gewone ter aarde bestelling is dit niet nodig, omdat als het om de één of andere reden nodig mocht zijn, het lijk altijd nog kan worden opgegraven.

Na dit ambtelijk gedeelte werd de kist met het lichaam van Carlos binnengereden en kon de dienst beginnen.

De afscheidsdienst werd geleid door pater Esteban Kross, zoon van onze nicht Florinda dos Ramos. Hij heeft een prachtige dienst gehouden en daar zijn wij hem dankbaar voor.

Bij deze dienst waren de neven en nichten  en hun kinderen die in het land waren aanwezig .Onze nicht Dettie is zelfs van haar vakantie in Cayenne terug gekomen om bij de crematie aanwezig te zijn. We waarderen dit zeer Dettie !

Aan het einde van de dienst konden we nog één keer afscheid nemen van Carlos Lodewijk die er vredig bij lag.

Terwijl we om de kist heen stonden kwamen de dragers binnen, die op hun manier al zingende de kist sloten. Ik vroeg  me af in wat voor taal er gezongen werd, want ik kon er niets van verstaan. Later hoorde ik dat ze hiervoor hun eigen gemaakte woorden gebruiken. Opmerkelijk was dat er aan het begin van de dienst een creoolse vrouw (buurvrouw van de fam. C.L. dos Ramos) naast pater Kross stond en zich nu ook bij de dragers voegde en meezong. Later hoorde ik dat ze zelf ook lijk bewasser is.

Als laatste ceremonie, draaiden de dragers met de platte hand rondjes op de bovenkant van de kist, terwijl ze ook hierbij een lied ten gehore brachten.

Nu kwam het moment, waarop de dragers de kist naar de oven brachten. De kist werd er in geschoven en de deuren gingen dicht. Bij een temperatuur van 900 tot 1000 graden, zou het lichaam van mijn broer in twee uur tijd geheel verbrand zijn.

Zijn zonen zijn hierbij blijven zitten totdat de verbranding compleet was.. De volgende dag kon de as worden opgehaald. De zonen waren er al vroeg bij, want ze wilden er zeker van zijn dat ze de juiste as mee kregen. De oven ging pas open toen  ze er waren. Van John hoorde ik dat degene die de as bij elkaar ging schrapen, eerst in gebed ging, waarschijnlijk uit eerbied voor de dode.

Het was goed te zien waar hun vader had gelegen; op die plaats lagen er nog een paar botjes, die bij aanraking geheel verpulverden.

Toen ik de volgende dag weer bij Alice en overige familie kwam stond daar een kistje op de kast, waarin de as van Carlos Lodewijk zat. Het was niet te geloven dat dit er van over gebleven was. We mochten er ook aan ruiken, maar het rook gewoon naar as en was donkergrijs.

De volgende dag 18 augustus gingen Dirk en ik met Alice en de kinderen en hun gezinnen mee naar Nickerie om de as van Carlos Lodewijk daar in zee uit te strooien.

Even terzijde, 18 augustus was ook de datum waarop onze vader Carlos John, 35 jaar geleden stierf.

Nickerie werd gekozen om verschillende redenen. Mijn broer en zijn vrouw waren  van plan om in oktober naar Nickerie te gaan. Ze deden dit ieder jaar .

Nickerie was ook de plaats waar mijn broer zijn loopbaan startte, nadat hij was afgestudeerd van De Middelbare Landbouw school, tevens was dit de plaats waar hij zijn vrouw Alice in 1957 ontmoette. Alice is hier geboren en komt uit een heel groot gezin, waarvan haar broers en andere familieleden er nog steeds wonen.

Na een lange rit van bijna vier uur,  kwamen we in Nickerie aan waar het inmiddels eb was geworden. Een broer van Alice ging mee in de zee op de plaats waar de Nickerie rivier en de Corantijn rivier samenvloeien.

Het groepje dat hieraan deelnam bestond verder uit Alice en haar vier kinderen. De bloemen die eerst op de kist gelegen hadden werden ook in zee gegooid.

Dit was dan ook het einde van alle ceremonies rond het sterven  van Carlos Lodewijk en  alles wat er bij hoort. We gingen de volgende dag terug naar Paramaribo.

Mijn broer Carlos had nog een wens en dat was het verzoek om in plaats van bloemen  een donatie te doen voor een goed doel. Er werd Sf  500.000 ( Nf 650) opgehaald. Dit bedrag zal deels worden bestemd voor het dubbel gehandicapte kind  en deels voor het bejaarden tehuis dat er het slechts aan toe is.

Maar Carlos Lodewijk had nog meer wensen, zo wilde hij geen bril op als hij in de kist lag, zijn beweegreden hiervoor was, dat hij ook geen bril op had als hij sliep.

Hij wilde ook geen foto in de krant bij het overlijdens bericht en ook niet op  zijn levens beschrijving bij de afscheids dienst. In Suriname is het de laatste jaren de gewoonte geworden om bij het overlijdens bericht een foto van de overledene te doen.

Hij heeft zijn dood lang van te voren zien aankomen en een heleboel kenbaar gemaakt, alleen, wij geloofden niet dat het zo gauw zou komen. Misschien wilden we het niet geloven omdat we niet wilden dat hij spoedig van ons heen zou gaan.

Het was voor mij en vele anderen een grote schok om het bericht van zijn overlijden te vernemen.

Tot slot nog even dit:

Toen Carlo en ik nog jonge schoolgaande kinderen waren van om en nabij 9 en 10 jaar, hield hij van filosoferen en zo ook op zekere dag toen hij het had over het jaar 2000, wanneer er een nieuwe eeuw zou beginnen. Het leek hem wel mooi om dat mee te mogen maken. Maar zei hij, ook toen al, " ik weet niet of ik het haal mischien ben ik dan al dood", waarop ik zei "misschien ik dan ook al". "Nee, zei hij toen, jij bent jonger, jij zal wel langer leven".

Ergens in 1999 zei ik eens tegen hem "weet je nog wel dat je dat zei", waarop hij antwoordde, "dat weet ik nog heel goed". Op nieuwjaarsdag van 2000 belde ik hem op om hem een gelukkig nieuwjaar te wensen en zei nog tegen hem, "we hebben het gehaald hé". Hij beaamde dit zonder verder commentaar.

Misschien had hij toen al, vele jaren geleden een vooruit ziende blik, wie zal het zeggen!

Hoe dan ook ik denk toch, dat zijn tijd van gaan was gekomen in het jaar2000

Dat hij rustte in vrede!

VAARWEL LIEVE CARLO (CARLOS LODEWIJK)

Edith Sjaarda-dos Ramos

Bonaire, augustus 2000